108
Als de handmatige be-
diening is ingeschakeld
(Q-System) en u wilt
een hogere versnelling
inschakelen voor een snelle acce-
leratie (bijv. bij inhalen), moet
handmatig worden opgeschakeld,
zoals bij auto’s met een handge-
schakelde versnellingsbak.
P4U00320
fig. 111
HANDMATIGE BEDIENING,
INSCHAKELING Q-SYSTEM
Plaats voor de handmatige bediening de
selectorhendel in het linker gedeelte
(fig. 111).
De hendel kan alleen vanuit stand D in
het linker gedeelte geplaatst worden.
De handmatige bediening kan onder
alle rij-omstandigheden worden ingescha-
keld. Echter alleen die versnelling kan
worden ingeschakeld die overeenkomt
met het motortoerental en de snelheid
van de auto.
De versnellingen worden ingeschakeld
zoals bij een normale handgeschakelde
versnellingsbak.
Als u de hendel in stand D zet, werkt
het systeem weer automatisch en worden
de versnellingen gekozen op basis van de
rij-eigenschappen en het geselecteerde
programma.
AUTO STILZETTEN
Voor het stilzetten van de auto hoeft al-
leen het rempedaal ingetrapt te worden,
onafhankelijk van de stand van de selector-
hendel.
Als u bij stationair
draaiende motor en als
de auto op een vlakke
ondergrond staat, het rempedaal
niet ingetrapt houdt, kan de auto
in beweging komen.
STORINGSMELDINGEN
Storingen in de automatische versnel-
lingsbak worden aangegeven door
het waarschuwingslampje
t
(A-
fig. 112) op het instrumentenpaneel:
– lampje brandt constant = te hoge
temperatuur van de transmissie-olie;
– knipperend lampje = storing in de
automatische versnellingsbak.
Als u de contactsleutel in stand MAR
draait, gaat het lampje branden. Het
moet na ongeveer 4 seconden doven.
Als het lampje blijft branden of tijdens het
rijden gaat branden, dan is er of een storing
in de automatische versnellingsbak (knippe-
rend lampje) of is de temperatuur van de
transmissie-olie te hoog (lampje brandt con-
stant).
P4U00321
fig. 112
A