39
Door op de toetsen ▲/▼ te drukken,
kunt u de calorieën voor de oefening
programmeren (tussen 0 – 9990 Cal.).
Selecteer de calorieën en druk op
START / STOP om met de oefening te
beginnen. De calorieën zullen
beginnen af te tellen totdat nul is
bereikt en de monitor zal verschillende
malen piepen om u te waarschuwen
dat u de geprogrammeerde waarde
hebt bereikt.
De hartfrequentie programmeren.-
Als u na het selecteren van de
manuele modus viermaal op de toets
MODE drukt, zal het pulsvenster gaan
knipperen. Door gebruik te maken van
de toetsen ▲/▼ kunt u de
hartfrequentie van de oefening
programmeren (tussen 30-240 bpm).
Selecteer de hartfrequentie en druk op
START / STOP om met de oefening te
beginnen. Als de hartfrequentie gelijk
is aan of hoger dan de doelwaarde,
zal de monitor verschillende malen
piepen om de gebruiker te
waarschuwen langzamer te fietsen of
het inspanningsniveau te
verminderen.
PROGRAMMAFUNCTIE
Nadat u uw persoonlijke gegevens
hebt ingevoerd, zullen de LED’s voor
de verschillende programma’s gaan
knipperen op de rechterkant van de
monitor. MANUAL, PROGRAM,
USER, H.RC en WATT. Gebruik de
toetsen ▲/▼ om de functie
PROGRAM (programma) te
selecteren en druk op MODE. Druk op
de toetsen ▲/▼ om de
programmagrafiek (1-12) te selecteren
die u wilt gebruiken en druk
vervolgens op ENTER. Druk op
START / STOP om met de oefening te
beginnen. Standaard vindt de sprong
naar de volgende kolom elke
afgelegde 0,1 km plaats.
Als u tijd, afstand, calorieën en/of
pulsfrequentie wilt programmeren,
doorloop de volgende procedure:
Zodra het programma geselecteerd is
en voordat u op START / STOP drukt,
drukt u op MODE om de tijd te
programmeren, gebruik makende van
de toetsen ▲/▼. In dit geval zal de tijd
verdeeld worden in 20 fases. Druk op
ENTER om de afstand te
programmeren. Druk opnieuw op
ENTER om de calorieën te
programmeren. Druk nog eenmaal op
ENTER om de pulsfrequentie te
programmeren.
Druk op START / STOP om met de
oefening te beginnen.
U kunt het inspanningsniveau variëren
gedurende de oefening door te
drukken op de toetsen ▲/▼.
GEBRUIKERSPROGRAMMA
Nadat u uw persoonlijke gegevens
hebt ingevoerd, zullen de LED’s voor
de verschillende programma’s gaan
knipperen op de rechterkant van de
monitor. MANUAL, PROGRAM,
USER, H.RC en WATT. Gebruik de
toetsen ▲/▼ om de functie USER
(gebruiker) te selecteren en druk op
MODE. De eerste kolom van het
oefeningsniveau zal gaan knipperen
aan de linkerkant van het centrale
gebied van het weergavescherm.
Selecteer het gewenste niveau voor
de eerste fase, gebruik makende van
de toetsen ▲/▼, en druk vervolgens
op MODE. Herhaal deze procedure
om alle 20 fases van het
gebruikersprogramma te
programmeren.
