Gebruiksaanwijzing
Til niet meer dan 20 kg op met deze fietslift. De fietslift kan anders beschadigd
raken en de last kan naar beneden vallen.
• Controleer of alle schroeven goed zijn vastgedraaid voordat u de fietslift gaat
gebruiken.
• Gebruik met name de wandhouder om de last te borgen. De last zou anders naar
beneden kunnen vallen.
• Houd u niet onder de zwevende last op.
• Gebruik de fietslift alleen voor opslagdoeleinden, niet voor doeleinden waarvoor
het product niet bedoeld is.
• Verricht geen reparaties aan de zwevende last.
Montage
Het beste montageresultaat bereikt u wanneer de draagbeugels precies boven
het zadel en de stuurstang worden geplaatst. Zorg voor voldoende afstand tot
de muren.
1. Vóór het gebruik zekerstellen, dat de grijpbeugel onder het zadel grijpt en
daar vast komt te zitten. Dit kan bijv. aan een opstaande kant,
een dwarsbalk of iets dergelijks plaatsvinden. Is geen zekere bevestiging van de
grijpbeugel aan het zadel mogelijk, dan mag de fiets niet met de fietsophanging
opgetild worden!
2. Meet de afstand tussen het stuur en het zadel van de fiets. (afbeelding 1)
3. Teken deze maat af op het plafond. Boor met een boormachine de gaten en
steek de pluggen in de gaten.
4. Leg aan een uiteinde van de nylonkabel een stabiele dubbele knoop en leid de
kabel door de achterste plafondhouder.(afbeelding 2/3)
5. Bevestig beide plafondhouders met kruiskopschroeven en pluggen onder aan
het plafond
6. Bevestig de constructie aan de kabel volgens het katrolprincipe. Leid de kabel,
te beginnen bij de plafondhouder, om beurten door de rollen (afbeelding 4)
7. Leid de kabel door de beveiligingsinrichting van de plafondhouder
8. Controleer of alle schroeven goed zijn vastgedraaid, voordat u de fietslift
gaat gebruiken.
9. Bevestig de wandhouder. Breng daartoe de fiets met de lift omhoog en
markeer de positie van de wandhouder. (afbeelding 5)
10. Controleer na bevestiging van de wandhouder opnieuw alle
Schroefbevestigingen
