2
BELANGRIJK!
Lees eerst alle bedieningsinstructies om de afwasmachine optimaal te kunnen gebruiken.
Bedieningspaneel
1 Controlelampje voorspoelen. Het lampje brandt
wanneer het voorspoelprogramma wordt gestart.
2 Controlelampje wasprogramma. Het lampje brandt
wanneer het wasprogramma wordt gestart.
3 Controlelampje spoelen. Het lampje brandt wanneer het
spoelprogramma wordt gestart.
4 Controlelampje drogen. Het lampje brandt wanneer het
drogen wordt gestart.
5 Handgreep. Trek aan de handgreep om de deur te
openen.
6 Start/pause toets. Druk op de toets om het ingestelde
programma te starten of te pauseren.
7 Programmaselectieknop. Draai de knop met de klok
mee om het gewenste wasprogramma te selecteren.
8 Aan/uittoets. Druk op de toets om het toestel in of uit te
schakelen.
9 Aan/uit controlelampje. Het lampje brandt wanneer het
toestel is ingeschakeld.
10 Waarschuwingslampjes voor zout. Het waarschuwings-
lampje gaat branden wanneer het onthardingszout
moet worden bijgevult.
11 Waarschuwingslampjes voor glansspoelmiddel. Het
waarschuwingslampje gaat branden wanneer het
glansspoelmiddel moeten worden bijgevuld.
1 bovenste korf
2 sproeiarmen
3 onderste korf
4 waterontharder
5 grove zeef (vlakke zeef)
6 wasmiddelreservoir
7 kopjesrek
8 bestekmand
9 grove zeef (bekerzeef)
10 glansspoelmiddelreservoir
11 aansluiting afvoerpijp
12 aansluiting waterinlaatpijp