Gooi een gebruikte batterij niet weg bij het huisvuil. Gooi de batterij weg volgens de geldende
richtlijnen die van toepassing zijn op gebruikte batterijen.
Gooi de batterij niet in het vuur, dit kan brand of een explosie veroorzaken.
Als u de batterij installeert, forceer dan niet om vloeistoflekken, oververhitting, explosie of brand te
voorkomen.
Sluit de batterij niet kort met een elektriciteitsdraad, een naald of een ander metalen voorwerp;
houd de batterij verwijderd van klemmen en andere metalen voorwerpen om vloeistoflekken,
oververhitting, explosie of brand te voorkomen.
Soldeer het contact van de batterij niet om vloeistoflekken, oververhitting, explosie of brand te
voorkomen.
Projectie van batterijvloeistof in de ogen kan het gezichtsvermogen beschadigen. In dit geval moet
u uw ogen onmiddellijk spoelen met schoon water (zonder te wrijven) en onmiddellijk een arts
raadplegen.
Gebruik of plaats de batterij niet in de nabijheid van een vuur of een andere plek die wordt
blootgesteld aan hoge temperaturen om vloeistoflekken, oververhitting, explosie of brand te
voorkomen.
Indien de batterij ongewoon warm wordt, van kleur wijzigt of vervormt tijdens het gebruik, het
opladen op de opslag ervan, moet u de batterij weggooien en een nieuwe batterij kopen.
Indien de contacten van de batterij vloeistof lekken, kan dit de huid en kleding verbranden. In dit
geval moet u uw huid of kleding onmiddellijk spoelen met schoon water en een arts raadplegen
indien nodig.
Als de batterij vloeistof lekt of ongebruikelijk ruikt, moet u deze onmiddellijk uit de nabijheid van
vuur halen om brand- of explosiegevaar te voorkomen.
Stel de batterij niet bloot aan vochtigheid om oververhitting, corrosie en rookontwikkeling te
voorkomen.
Gebruik de batterij niet en stel hem niet bloot aan directe zonnestraling of hoge temperaturen, om
vloeistoflekken of oververhitting te voorkomen en de prestatie en de levensduur van het apparaat
niet te verminderen.
Laad de batterij niet langer dan 24 uur ononderbroken op.
Bewaar de batterij in een droge, geventileerde ruimte, buiten direct zonlicht.
De levensduur van de batterij is beperkt en daalt licht na elke keer opladen. Als het opladen
meerdere malen mislukt, is het mogelijk dat de batterij geheel versleten is. In dit geval moet u hem
vervangen door een gelijkwaardige batterij.
2.4 Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de oplader
Demonteer of wijzig de oplader niet om te voorkomen dat deze verwondingen, elektrische schok,
brand of schade veroorzaakt.
Gebruik alternatieve stroom van 220 V. Het gebruik van een andere spanning kan een lek of brand
veroorzaken en de telefoon en de oplader beschadigen.
U mag de oplader niet kortsluiten om elektrische schokken en rookontwikkeling te voorkomen en
hem niet te beschadigen.
Gebruik de oplader niet als het netsnoer beschadigd is om brand en elektrische schok te
voorkomen.