15
Inbouwhandleiding
De werkdruk van de
Duomatic L Plus
(30 of 50 mbar – zie opdruk
op centrale regelaar „A“)
moet overeenstemmen met
de werkdruk van de in het
voertuig ingebouwde appara-
ten!
Inbouw uitsluitend door
een vakman!
De Duomatic L Plus is alleen
toegelaten voor caravans en
reisauto‘s met plaatsing van
de gasflessen in de buiten-
lucht resp. in kasten die t.o.v.
het voertuiginterieur dicht
uitgevoerd!
De inbouw in bedrijfsmatig
gebruikte voertuigen, in ge-
sloten ruimten (huishouden),
in mobiel huis of op boten is
niet toegestaan.
Bij gebruik van voertuig-
resp. fabrikantspecifieke be-
dieningsdelen, moet de elek-
trische aansluiting conform
de Truma-interfacebeschrij-
ving plaatsvinden.
1. Afb. A: Centrale regelaar
„A” en omschakelregelaar
„B” zodanig op de gasflessen
aansluiten, dat indien moge-
lijk de beschermkappen bo-
ven zijn (linksschroefdraad!).
– aansluiting alleen met de
hand, geen gereedschap-
pen gebruiken!
2. Aanwezige gasslang (3)
op de centrale regelaar „A“
schroeven.
3. Verbindingsslang (4) op
de regelaars „A” en „B”
schroeven.
Voor de verbinding van
de regelaars „A” en „B”
bij een flessenafstand van
meer dan 65 cm biedt Truma
een aanvullingsset (art.-nr.
50020-26900) als speciaal
toebehoren aan.
4. Regelaarhouder (14) aan-
brengen op geschikte plek op
de voertuigwand.
5. Gat Ø 15 mm boren voor
de kabeldoorvoer (min. 50 cm
boven de bodem van de fles-
senbak) naar het interieur.
6. De regelaaraansluitkabel
(5) door het gat (6) leiden en
in de flessenbak met klem-
men bevestigen. Voor de
doorvoer (6) rubber doorvoer-
buisje of carosserie-afdich-
tingsmiddel gebruiken.
De verbinding van
de aansluitkabels
mag zich niet in de fles-
senbak bevinden!
7. Afb. B: Plaats voor het be-
dieningsdeel (7) op een goed
zichtbare plek plannen (leng-
te van de aansluitkabel 6 m)
en een gat Ø 55 mm boren.
Als inbouwtoebehoren
zijn voor het bediening-
spaneel (7) een opbouwraam-
pje (8) artikelnr. 40000-52600
en voor de aansluitkabel (9)
een verlengkabel 5 m art.-nr.
34300-01 verkrijgbaar. Bij het
afdekraampje (10) zijn zijde-
len (11) in verschillende kleu-
ren verkrijgbaar voor een
optisch mooie afwerking.
8. Aansluitkabel (9) op het
bedieningspaneel (7) steken
en vervolgens de achterste
afdekkap (12) als trekontlas-
ting aanbrengen.
9. De kabel (9) naar achteren
door het gat leiden en dien-
overeenkomstig naar de gas-
flessenbak resp. naar de
centrale elektrische installatie
12 V leiden.
10. Bedieningspaneel (7) met
4 schroeven (13) bevestigen
en afdekraampje (10) erop
steken.
11. Aansluitkabel (9) met de
regelaaraansluitkabels (5)
buiten de flessenbak ver-
binden (zwart met zwart en
wit met wit).
Elektrische
aansluiting 12 V
Toevoerleiding 12 V
(15) beveiligen met bij-
gevoegde zekering 1 A (16).
(Zekering bij industriële
grootverpakking niet bij de
levering inbegrepen!)
rood = plus
blauw= min