2. Technische gegevens
ALGEMEEN:
Fiets met trapondersteuning, niet kentekenplichtig, voorzien van
voorvering en verlichting.
AANDRIJVING:
Hoogvermogen gelijkstroommotor met ingebouwde elektronische
regeling.
OVERBRENGING:
Trommelmotor in achternaaf.
DIVERSEN:
Gewicht: 28 kg.
Belasting: 100 kg Max
Actieradius: 25 - 70 km (afhankelijk van instellingen,
gewicht en terreinomstandigheden)
Snelheid: 24 km/h max.
MOTOR:
Spanning: 24V DC
Vermogen: 180 W
Stroom: 5 -10 A nominaal
REGELING:
Controller: Volledig elektronisch geregelde IC besturing
ZEKERING:
Avancer: 2 Zekeringen zittten in de accu verwerkt
ACCU:
Type: 24V - 10Ah nom. 25.9 v. Lithium Ion
BANDEN:
Bandenspanning:2.8 bar
LADER:
Type: Input AC – 100-240V 1.5A. Output 29.3 V
Laadtijd: 3 – 8 uur de eerst 3 keer minimaal 12 uur
3. Gebruiksaanwijzing
3.1 MONTAGE VOORWIEL EN STUUR
3.1.1 Plaats het meegeleverde voorwiel in de voorvork en bevestig dit
stevig. Bevestig vervolgens het voorspatbord.
3.1.2 Plaats de verstelbare stuurstang in de daarvoor bestemde opening
bij het balhoofd.
3.1.3 Breng vervolgens de stuurstang op gewenste hoogte en borg deze
stevig met de knelbevestiging. Let er op dat de veiligheidsmarkering
niet meer zichtbaar mag zijn. Stel nu het stuur in de gewenste
positie.
3.1.4 Stel vervolgens de voorrem zodanig af, dat de remblokken aan
weerszijden in lijn met de velg staan en een speling van ongeveer 2
mm ten opzichte van de velg hebben.
3.1.3 BEVESTIGEN EN VERSTELLEN VAN HET ZADEL
3.1.3.1 Bevestig het zadel stevig aan de zadelpen.
3.1.3.2 Plaats vervolgens de zadelpen in het daarvoor bestemde gat, stel
deze op de gewenste hoogte af en borg het geheel door de
knelbevestiging stevig aan te draaien. Let er op dat de
veiligheidsmarkering niet meer zichtbaar mag zijn.
3.2 CONTROLE VOOR HET IN GEBRUIK NEMEN
3.2.1 Controleer alle bevestigingsbouten en trek deze zo nodig na.
3.2.2 Draai de contactsleutel naar “ON” en controleer de accuconditie aan
de hand van de restspanning indicator op de koplamp.
3.2.3 Draai de contactsleutel naar “OFF”.
3.2.4 Controleer de bandenspanning.
3.2.5 Controleer de kettingspanning.
3.2.6 Controleer de remmen op werking en beschadigingen van de
remkabels.
3.2.7 Laadt de accu de eerst 3 keer minimaal 12 uur door
3.3 GEBRUIK
3.3.1 Indien alle bovenstaande controles uitgevoerd zijn en een
bevredigend resultaat hebben is de fiets gereed voor gebruik.
3.3.2 Door de trappers vooruit te bewegen zal na enige keren trappen de
trapondersteuning geactiveerd worden. Stoppen met trappen
schakelt de trapondersteuning uit.